woensdag 27 januari 2016

Musculus glutaeus maximus

Zelden verloopt een weekend bij mij zoals een weekend zou moeten verlopen.
Afgelopen zaterdag hebben we samen met lotgenoten, op uitnodiging van de RABO het retourtochtje Veendam-Stadskanaal per stoomtrein meegemaakt, Uiteraard was de kleine ook daarbij aanwezig die logeerde immers bij ons. Maar toch wel leuk om een keertje mee te maken.

De zaterdagavond verliep rustig zonder noemenswaardige zaken. Klokken een uurtje teruggezet. Naar bed- en afwachten hoe ik wakker zou worden. Meestal ben ik een dag of drie, vier, niet mezelf na deze, in mijn ogen, volkomen zinloze bemoeienis met de natuur.

Zondagochtend, vroeg wakker zoals verwacht. Om acht uur zaten we al aan de koffie en hadden ons ontbijtje al gehad.
Wat zullen we nu beleven dacht ik toen om acht uur precies de telefoon ging.
“Opa, kan ik vanmiddag bij jullie komen?”.Lijkt me leuk zei ik, nog niet wetend wat dit voor het verdere verloop van die dag zou betekenen.

Rond twee uur die middag werd de kleine bij ons gedropt. Zijn vader en moeder gingen op bezoek in het ziekenhuis bij een vriendin van hun die geheel onverwacht afgelopen vrijdag in het ziekenhuis was opgenomen. Ook waren bij het ziekenbezoek nog twee andere vriendinnen aanwezig.
Toen na afloop van het bezoek aan de vriendin het complete gezelschap bij ons thuis kwam napraten was het zo ongeveer etenstijd. Ze besloten dat de maaltijd maar bij ons moest worden genuttigd. Aldus geschiede.

In het voorste gedeelte van de woning zat ik met m’n zoon een wijntje te drinken terwijl de aanwezige dames gezamenlijk in de keuken de afwas aan het doen waren.
Toen de dames zich bij ons voegden nam de kleine het besluit om met een aanloop bij mij op de schoot te springen. Op zich niet zo raar, dat doet hij meestal.

Nu kwamen zijn knietjes terecht op een plek waar ik dat liever niet had gehad. Sinds enkele weken heb ik een behoorlijk pijnlijke plek in, op of aan mijn musculus glutaeus maximus

“Au” zei ik op onderdrukte toon toen ik deze onomatopee uitsprak en verweet mezelf op hetzelfde moment dat ik deze uitdrukking van pijn had gebruikt. Zonder dit zou de pijn precies hetzelfde zijn geweest  dacht ik en had de volgende alinea niet kunnen- of hoeven schrijven. Leermomentje.

“Heb je pijn opa?” vroeg de kleine. “Valt wel mee” loog ik en zei dat ik een beetje een zeer been had.
“Hoe komt dat dan? Ben je gevallen?”
Pijn is in zijn beleving en in zijn wereldje blijkbaar nog onlosmakelijk verbonden met vallen. Op een andere manier kun je blijkbaar geen pijn krijgen.
Ik antwoordde hem dat ik niet wist hoe dat kwam, maar vooral benadrukte ik dat ik niet was gevallen. Met dit antwoord van mij kon hij niks.
Zijn volgende vraag lokte dan ook een gulle lach bij de aanwezigen uit terwijl ik gelijk in de denkmodus schoot.
Als driejarige voelt  hij, hopelijk in dit geval onterecht,  aan dat er leeftijdsgerelateerde aandoeningen zijn. Verbazingwekkend.
Zijn vraag was:”Komt dat omdat je óud bent opa?”.

Morgen toch maar een afspraakje bij de dokter maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten